Locatie:Het graafschap Holland - Datering:eind 15e eeuw(?), met latere toevoegingen. De kroniek, die mogelijk oorspronkelijk in 1486 eindigde, maakt deel uit van een c.1480-1500 samengestelde reeks adelskronieken (NL0259) - Opdracht: /

/

Deze kroniek is nauw verwant aan de c.1483-1486 door Jan Gerbrandszoon van Leiden geschreven kroniek van de heren van Brederode, welke zowel in een Latijnse als in een Nederlandse versie bewaard gebleven is (NL0288, NL0289). Beide noemen namelijk een aantal fictieve heren van Brederode, om de afkomst van het geslacht tot in de 11e eeuw te kunnen terugvoeren. De schrijver van de kroniek uit de in het Nederlands geschreven reeks (NL0260, NL0264) vermeldt verschillende meningen over de oorsprong van het geslacht Brederode, waarbij hij kiest voor de bij Jan Gerbrandszoon van Leiden gevonden afstamming. De samenhang tussen de kronieken is groot. In de andere handschriften, die de in het Latijn geschreven reeks bevatten (NL0259), is de kroniek van Brederode óf vervangen door de Nederlandse versie van Jan Gerbrandszoon van Leiden óf hij ontbreekt.

Zgn. adelskroniek. Kroniek van de heren van Brederode van 988 tot het begin der 16e eeuw.

Brussel/Bruxelles, Koninklijke Bibliotheek/Bibliothèque Royale, 6045-6054 (Link)
Den Haag, Koninklijke Bibliotheek, 131 G 31 (Link)

ANDRIESSEN (W. F.), Historia dominorum de Teysterband, Arckel, Egmonda, Brederoede, IJsselsteyn etc. (Purmerend 1933, diss. Amsterdam) 92-104

ANDRIESSEN (W. F.), ed. (bespreking door W. A. BEELAERTS (VAN BLOKLAND) IX-XIV
BRUCH (H.), 'Een reeks 15e-eeuwsche kronieken van adellijke geslachten', in: De Nederlandse Leeuw, 49 (1931) 71-76
BRUCH (H.), Supplement bij de Geschiedenis van de Noord-Nederlandsche geschiedschrijving in de Middeleeuwen (Haarlem, 1956) 66-67
CARASSO-KOK (M.), Repertorium van verhalende historische bronnen uit de middeleeuwen. Heiligenlevens, annalen, kronieken en andere in Nederland geschreven verhalende bronnen (Bibliografische reeks van het Nederlands Historisch Genootschap) ('s-Gravenhage, 1981) nos 159 en 148
DE MOOR (G.), Verborgen en geborgen. Het cisterciënzerinnenklooster Leeuwenhorst in de Noordwijkse regio (1261-1574) (Hilversum 1994) 33-36, 556
DEK (A.W.E.), 'Genealogie der heren van Brederode', in: Jaarboek van het Centraal Bureau voor Genealogie 13 (1959) 105-146
DEK (A.W.E.), 'Genealogie der heren van Brederode', in: Jaarboek van het Centraal Bureau voor Genealogie 22 (1968) 239-280
JANSE (A.), ‘Hollandse Adelskronieken’, in: G. Dunphy, ed. The Encyclopedia of the Medieval Chronicle (Leiden/Boston, 2010) 811-812
JANSE (A.), Ridderschap in Holland. Portret van een adellijke elite in de late Middeleeuwen (Hilversum, 2001)
LULOFS (M.), 'Die van Brero heeft men eens gesien. De Brederode-kroniek van Jan van Leyden (ca. 1485)', in: B. Ebels-Hoving, C.G. Santing, C.P.H.M. Tilmans, eds. Genoechlicke ende lustige historiën. Laatmiddeleeuwse geschiedschrijving in Nederland (Hilversum 1987) 79-100
MULLER (S.), Lijst van Noord-Nederlandsche kronijken, met opgave van bestaande handschriften en litteratuur (Utrecht, 1880) 91
PORCK (T.), ‘Een Rijnlandse serie adelskronieken (1533-1542). Het zogenaamde ‘Voorste Haagsche Handschrift’’, in: Millennium: tijdschrift voor middeleeuwse studies, 20 (2006) 44-62
VAN BERESTEYN (E.A.), Genealogisch Repertorium, 2 dln., bijgewerkt tot 1970 door H. L. KRUIMEL ('s-Gravenhage 1972)
VERHOOG (J.H.), Onvoltooide roem. De eerste negen Heeren van Brederode 1203-1473 (Bergen 1997)